donderdag 27 oktober 2016

Over de Birota Discipulus

Hoe laat ik naar huis ga maakt eigenlijk niet uit. Ze zijn er altijd, behalve tijdens de schoolvakanties. Verdere precisering is nu niet meer nodig. Jullie weten het allemaal om wie het gaat: onze meest geliefde medefietspadgebruikers: de species Birota Discipulus, in de volksmond beter bekend als de fietsende scholier. Een bijzondere soort maar niet eens heel zeldzaam. Integendeel ;-)

Deze sub-species van het geslacht der Fietsers is eenvoudig te herkennen. Al vanaf grote afstand. Ze komen het hele jaar door voor maar de populatie lijkt in de wintermaanden wel wat af te nemen. Waarschijnlijk overwinteren ze dan in het openbaar vervoer. In het donker zijn ze bijvoorbeeld ook makkelijk te lokaliseren door de grote hoeveelheden lichtgevende beeldschermpjes die ze als enige verlichting voeren.

Over het algemeen zijn er twee grote migratiebewegingen per dag. Waar de wildebeesten in de Serengeti maar één keer per jaar tijdens The Great Migration de verschrikkelijke krokodillenrivier oversteken, trekken deze fietsers maar liefst twee keer per dag door de verkeersjungle.

Net zoals de wildebeesten en de zebra’s zoeken ze daarbij de veiligheid van de grote groep.  Door zo groot mogelijk zwermgedrag hopen ze beter zichtbaar te zijn en de belangrijkste predatoren op een veilige afstand te houden.  Als er één gaat oversteken dan volgt de hele groep vanzelf. Het kan een indrukwekkend spektakel zijn als zo’n enorme groep fietsscholieren het Nederlandse equivalent van de krokodillenrivier oversteekt.

Groepje scholieren steekt een drukke weg over (Foto Flickr Patti Sandoval)
Als vertegenwoordiger van het zéér zeldzame subspecies Velomobilis Forensis heb ik een bijzondere verhouding met deze groepen. Ik val niet in de categorie van de bekende roofdieren. Die met grote glimmende bumpers, airbags en Autopilot’s. De dominante vierwielige predator die door hoge snelheden en harde pantsers de scholierenmigraties dagelijks bedreigt.  Maar niets aan mij en mijn fiets ziet er vertrouwd uit. Ik ben een beetje een enge maar ook wel spannende andere soort.
Wordt het vluchten, vechten of bevriezen als ze mij zien?
Als ze vluchten fietsen ze met z’n allen het kanaal in, als ze vechten fietsen ze mij het kanaal in en als ze bevriezen kom ik geen meter meer vooruit op het in de volledig breedte geblokkeerde jaagpad. Nee, de beste optie voor mij is vooral ‘niet eng’ te zijn. Dus voor alles is het belangrijk de vriendelijke wat vreemde banaanfietser uit te hangen.

Als een olifant in de Serengeti trompetter ik eerst een paar keer. De meest ervaren en slimste scholieren krijgen mij dan snel in de smiezen en geven nerveuze waarschuwingssignalen af voor de rest van de kudde. “Banááán, banaan, banaan”, klinkt het. De vorm van de kudde verandert van breed naar lang en smal.  De jongensscholieren joelen, de meisjescholieren slakken gilletjes als ik voorzichtig de groep passeer. Soms hoor ik ook "Cool..." of "Nice..." of andere typische kuddegeluiden van deze ondersoort. Ik blijf alert want een stampede wil ik ten koste van alles voorkomen.

Dat passeren is overigens een heel interactief proces. Ik roep “Dank jullie, goed bezig..” en de leidscholier zegt dan meestal zoiets als “Graag gedaan meneer...”. Die wil natuurlijk ook niets liever dan de hele kudde veilig op de plaats van bestemming brengen.  Soms wordt er kort ingegrepen. “Nienke, ga nou aan de kaháánt… Die meneer wil er langs!”, hoor ik dan achter mij. Nienke behoort dan tot de sub sub species met permanente dopjes in de oren. Die zijn wat lastiger te passeren. En soms laat ik dan even mijn zweep knallen. Dan weet de hele groep weer precies wie de baas is. Want een beetje een roofdier ben ik natuurlijk wel.

Ik ontdekte dat ik al eerder over wilde beesten schreef...


8 opmerkingen:

  1. Als je over zo'n herkenbaar onderwerp zó geweldig kan schrijven, dan hebben wij daar geen enkel bezwaar tegen, Paul. Petje af!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Mooi verhaal Paul, lees je blog altijd met plezier!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Zo herkenbaar, het is elke keer weer een feest om ze te passeren, heb ze in mijn spiegel wel eens op een bult zien liggen. Als er eentje gaat, gaan ze allemaal, zo zijn ze dan ook weer.
    Samen uit, samen thuis :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Lang geleden reed er jeugd van een religieuze school langs "onze" LTS. Ze reden altijd behoorlijk hard ( wat je idd gaat zien als vluchtende prooi ) en samengepakt in een "kudde" van wel 20-30 scholieren. En ze waren met meerdere van zulke "kuddes" enige afstand van elkaar verwijderd, een aantal honderd scholieren kwam op dat fietspad samen uit de wijde omgeving omdat hun school niet ver meer was.

    Best knap als je daar bij nadenkt, zo in dichte formatie zeer snel fietsen, iets wat wielrenners met veel geschreeuw en veel minder deelnemers moeten handhaven! Zulke scholieren kwamen van boerderijen of dorpen en moesten iedere dag vele tientallen kilometers fietsen op gewone fietsen in alle weersomstandigheden. Zeer geoefende fietsers dus met uitstekende conditie. Ze hadden ook allemaal een spatlap op hun fiets, iets wat ons uiterst ergerde, dezelfde ergernis als nu nog het vis symbool die dat soort mensen op hun auto moet plakken opwekt bij andere mensen( tja..) Nu pas kan ik bedenken waarom ze werkelijk dat hadden : dat was natuurlijk nodig in zo'n compacte formatie om degenen achter je niet vol modderwater te spuiten !

    Wij hadden ( uiteraard )opgevoerde brommers en hadden dus superieur snelheidsoverwicht en acceleratie. Dat zal in ons het idee van jagers hebben gewekt. Wie er op het idee kwam tassen van hun fietsen te trappen bij het passeren op topsnelheid weet ik niet, maar het werd een "sport"

    De "prooi" liet zich echter niet onbetuigd en af en toe werd een van ons in ontzadeld. Als dat gebeurde ontstond een (bek)vechtpartij waarbij je met maar een paar man natuurlijk tegen een groep van wel 30 man ( en vrouwen ) stond. Maar wegrijden van een "gevallen" kameraad was natuurlijk eerloos !

    Bovendien was het alleen maar nog glorierijker ( op eigen school dan ) tegen een overmacht te (bek)vechten. Maar van kwaad kwam het tot erger, op een gegeven moment werd de congierge gealarmeerd door wel een grote hoeveelheid tassen in de gang maar geen leerlingen. Die waren bezig met een massale vechtpartij een paar kilometer verderop. Daar vielen wel echte harde klappen, en echte gewonden. Gesprekken met ouders, politie enz enz.

    Om wraak te nemen ( vanwege nogal strenge straf van mijn ouders ! ) heb ik daarna iets gedaan waarvan ik nog wel een beetje spijt heb : ik heb de eerste fietser van zo'n kudde aan zijn stuur getrokken waardoor er 30 man onderuit ging. Overal bloed, gebroken brillen en kapotte fietsen. Met verbazing zag ik het resultaat van mijn eigen actie en ben weggereden van de kermende en schreeuwende hoop.

    De politie kwam verhaal halen op school maar niemand wilde zeggen wie het had gedaan...Mijn ouders hebben dit nooit geweten...Dat luidde wel het einde in van dit gedrag voor de hele school, want niemand durfde nog iets te doen nu de politie een dader zocht van iets wat vast veel geld zal hebben gekost.

    Kuddes en jachtinstinct....waarom denk je dat mensen zo dol zijn op voetbal ? Dat is in feite ook jagen op een prooi. Of hard rijden, zeker ook met velomobielen. Wij geven jachtinstinct gewoon een andere invulling.

    En een prooi kun je in deze wereld beter niet zijn.....



    BeantwoordenVerwijderen
  6. ga nou aan de kaháánt......... :) geweldig:) :)

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Je miste het concept van zware schok cavalerie die vele eeuwen de slagvelden domineerden : versnellen naar een moedwillig versperrende menigte ( als ze je aan zien komen ) opdat hun moed het begeeft en ze aan de kant gaan of vluchten.

    Dat werkt prima, maar moet natuurlijk niet mis gaan gezien de velomobiel dan stuk zal zijn en je je al dan niet gewond tegen de boze menige te voet moet verdedigen. ( die siuatie ken ik wel, is hierboven te lezen )

    Daarbij komt dat veel dieren en ook mensen in paniek raken als iets laag en snel op ze afkomt. Een deel van de wetenschap denkt dat dat komt van over geerfde informatie in DNA. ( wat je voorouders hebben meegemaakt kan zijn opgeslagen in jouw DNA en die informatie je gedrag beinvloed )

    En dat kan weer te maken hebben met aanvallende roofdieren ( laag en snel naderen ) Maar dan gaan de wetenschappers er kennelijk vanuit dat je dat overleeft hebt ( hoe realistisch is dat ? ) en daarna kinderen hebt gemaakt....Misschien hebben de Boeddhisten en Hindoes een sterker punt : dan hoef je zo'n aanval niet te overleven om er nog een overgebleven angst in een volgend leven aan over te houden :-)

    BeantwoordenVerwijderen