Och, die eerste kilometers merkte ik eigenlijk nog niet veel van heel zwaar trappen. In het stadsgewoel van Apeldoorn is het sowieso een zaak van geduld, stoplichten, veel trage fietsers, lastig oversteken en ander ongemak. Je bent al blij als je "gewoon" door kunt rijden.
Traditiegetrouw stijgt de snelheid pas substantieel na het passeren van de snelweg A1. Apeldoorn ligt dan achter mij, en voor mij ontrolt zich het vrijliggende jaagpad naar Dieren.
Maar ook op die fietssnelweg bleef de snelheidsmeter vreemd lage waarden aangeven.
Was het soms:
- een leeglopende band (bij Marathon Plus alleen theoretisch mogelijk ;-) ?
- een aanlopende achterband door opgehoopt ijs en sneeuw in de wielkast?
- plotseling toegenomen tegenwind?
- té zachte banden, was ik doorgeschoten in mijn wens naar meer comfort?
- een onverwachte verslechtering van het wegdek?
- had ik te veel bagage mee?
- had ik de dag ervoor weliswaar de Marathon Winter verwijderd maar met een suffe kop die ook weer teruggezet?
- reed ik zonder het te merken in een hele zware versnelling?
- had ik een nog ongebruikt knopje op het dashboard aangeraakt waardoor de remparachute was opengegaan?
- kwam het door de kou?
- weer eens met de kilometerteller zitten spelen en per ongeluk een heel verkeerde bandenmaat ingesteld?
- waren al die andere fietsers en snorfietsers vandaag sneller?
![]() |
zo voelde het ongeveer aan... |
Nee, nee, driewerf nee, niets van dit alles. Halverwege kwam ik achter de oorzaak van mijn PL (Personal Low). Het stoplicht bij de Klarenbeekseweg stond op rood en ik merkte dat ik een zucht van opluchting slaakte. Even legde ik het hoofd neer, even deed ik de oogjes dicht. Het was me duidelijk. Ik moest het toegeven. Het probleem zat 'm deze keer in de motor.
Die motor kroop thuis onder de wol en kwam er drie dagen later weer uit. Ik bedoel maar, het ligt niet altijd aan de banden.