"T begint er een beetje op te lijken dat het een vast onderdeel wordt op Mooi Geel Is Niet Lelijk: fietsen langs de grens van het waterschap voor de rubriek '
Op het randje' in het personeelsblad. Voor het vorige nummer ploeterde ik nog
met een loodzware Kronan transportfiets door het mulle zand van de Veluwe. Voor de vólgende editie zouden een aantal collega's van iets ten noorden van Deventer tot aan Wijhe gaan fietsen. Één van hen zou de tekst schrijven maar een vrijwillige fotograaf hadden ze nog niet gevonden. Tja, en dan kom ik in beeld. Ik werd niet alleen in staat geacht een groepje wielrennende collega's bij te kunnen houden, men vermoedde ook dat ik een paar nette foto's van de tocht en zijn deelnemers zou kunnen maken.
Het oorspronkelijk gezelschap bestond uit een mannetje of vier maar toen ik vrijdagmiddag Strada 94 vertrekklaar ging maken kwamen uit allerlei hoeken en gaten in strakke wielerkleding gestoken collega's opduiken. Uiteindelijk waren we met z'n twaalven. De meesten gestoken in kleurig bedrukte wielerkostuums. Ik las o.a. Astana, Boretti, Zwanenberg Wijhe, Merida en Allactive. Da's dan weer een voordeel van velomobielrijden: je hoeft geen merkkleding aan te schaffen, er is toch niemand die 't ziet.
"Is dat niet heel vermoeiend, zo liggend fietsen?", vroeg één van de deelnemers mij. En de oude bekende "'T is natuurlijk wel gevaarlijk zo, want ze zien je niet...", kwam ook nog even voorbij. Ach, inmiddels heb ik overal een antwoord op.
 |
Langs het kanaal noordwaarts. Maar ik zag vooral zadels en zitvlakken |
We fietsten eerst een stuk langs het Apeldoorns Kanaal naar het noorden. Ik merkte al snel dat ik maar beter met flink wat afstand achteraan kon gaan bungelen. Achter zo´n groepje racefietsers rijdend zag ik vooral zadels en zitvlakken en verdraaid weinig van de weg voor mij. Maar ik kon ze goed bijhouden natuurlijk ;-).
Ergens bij het dorpje Terwolde reden we verkeerd. Terwijl de heren en dame hun carbon karretjes in één beweging moeiteloos omkeerden, maaide ik een rij tulpen in een gemeentelijk plantsoen omver in een poging de compacte draaicirkel van de Strada te demonstreren. Dat maakte indruk.
Eenmaal op de IJsseldijk gingen bij een paar collega's de remmen los. Er moest gescheurd worden. "Ik heb even de 50 aangetikt", vertelde er één bij het verzamelpunt bij de pont naar Wijhe. Het waterschapspeleton was dan ook op weg naar het veer volledig uit elkaar geslagen. Ik was tevreden met een mooie 35 stabiel op de teller en hield af en toe de benen stil als ik zag dat collega's achter mij het nu wel erg moeilijk kregen. Niet dat ik ze enige windschaduw van betekenis kon bieden, maar toch. De geruststellende aanwezigheid van een mooi gele velomobiel die moeiteloos lijkt voort te glijden, hielp ze wellicht wat.
 |
Laat ze maar even gaan ;-) |
 |
Een heerlijk zonnetje en een lekker briesje waar ik als enige helemaal geen last van had |
De twee fietsers die een MTB bereden hadden het nu het zwaarst. "Ik heb al twee keer zwaarder geschakeld...", zei een van hen, terwijl hij het zichtbaar moeilijk had. "Je moet juist naar een lichter verzet", riep ik hem toe vanuit mijn comfortabele stoeltje. Maar dat hielp niet, hij bleek een zgn. 'stoemper' te zijn.
Bij Wijhe werd het noordelijkste punt van onze tocht bereikt. Met de pont staken we over naar het dorp waar een 13e collega ons heel gastvrij had uitgenodigd voor koffie en gebak. Midden op de IJssel overschreden we de grens van het waterschap die hier de rivier volgt.
 |
Groepsfoto bij de het Wijhese veer |
Wat later ging het weer zuidwaarts. Uiteindelijk fietsten we Deventer binnen. Ik ben met de Strada vaker door Deventer gekomen en heb daar zo mijn vaste velomobielvriendelijke routes richting Dieren. Maar het wielerpeleton, dat ik in deze steedse omgeving maar moeilijk kon bijhouden, koos een andere route. Smalle drukke tegelfietspaden, scherpe bochten met paaltjes en voor gewone fietsers waarschijnlijk wél handige binnendoortjes. Bovendien wemelde het van de fietsers en auto's in en rond het centrum.
'T werd voor mij een mooi tochtje van zo'n kleine 90 kilometers. Ondanks het feit dat ik in vreemd gezelschap was. Of was ik juist degene die opviel? En vlak bij huis werd Strada 94 ook nog eens een echte
tweeëneenhalf sterren Strada op de Schaal van Wilco.
Oh ja, en wat iedereen het
allercoolste vond aan mijn Strada? Het remlicht! Echt waar! Dat was echt super handig. Je zag namelijk precies wanneer ik remde, dat zou je op een racefiets ook moeten hebben, werd er gezegd. Zoiets blijkt overigens
gewoon te koop.