maandag 28 september 2015

De gouden tijd van twee soorten fietsen

Schrijf ik bij wijze van hoge uitzondering een stukkie over autorijden zijn de reacties verontrustend enthousiast en positief ;-). De NVHPV, de Not Very Human Powered Vehicle, blijkt een grote schare fans onder ligfietsers te hebben. Dat vraagt om compensatie, om een even gewichtig relaas, maar dan over fietsen in Nederland.

De cover
Het kwam dan ook mooi uit dat er net een boek in huize Mooi Geel op tafel lag. Het boek "Gouden jaren; hoe ons leven in een halve eeuw onvoorstelbaar is veranderd " van Annegreet van Bergen. Op een prettig leesbare manier, aangevuld met veel zwart-wit foto's, beschrijft Annegreet de ingrijpende veranderingen die zich in het dagelijks leven in Nederland voltrokken sinds 1945.

Was in de jaren vijftig bijvoorbeeld een dagje eropuit voor de meeste mensen hun hele vakantie, nu reizen we de hele aardbol over. Bananen zijn nu doodgewone vruchten, maar na de oorlog kenden zelfs de rijkste gezinnen de banaan niet. Je deelde je stofzuiger met je schoonmoeder en de televisie zond 24 uur uit - per week. Het was ook de tijd zonder mobiele telefoon, je belde bij de winkel aan de overkant van de straat en als je al een eigen toestel had dan hing die in de gang.

In meer dan 300 pagina's schetst de schrijfster deze en honderden andere grote veranderingen in het dagelijks leven. Ik dateer uit 1956 en herinner me veel van die veranderingen.

Foto uit het hoofdstuk Fiets

Foto uit het hoofdstuk Fiets

Naast hoofdstukken met titels als "Warm eten tussen de middag", "Kolenkachel", "Omgaan met naald en draad", "Moedermavo", "Arendsoog en Dinky Toys", "Sigarenbandjes sparen", "Het loonzakje", "Inrijden en tectyleren (auto)", "Overwegwachters en gesloten bomen", "Eigen tanden en kiezen", "Papieren zakdoekjes","Blik met lipjes", "Dia's", "Na het paard de tractor", "Iedereen zelf secretaresse" en  "De vrije zaterdag" is er vanzelfsprekend ook een heel hoofdstuk gewijd aan de fiets!

Een bloemlezing uit het hoofdstuk "Fiets":

"Vroeger had je twee soorten fietsen, namelijk dames- en herenfietsen."

"Het armeluisding van vroeger is gerehabiliteerd en is tegenwoordig ook een gewild yuppenspeeltje."

"In 1947 gaat 51% met de fiets naar het werk, 43% met het openbaar vervoer en 5% met de auto. Korte afstanden werden nog vaak gelopen."

"Begin jaren zeventig was fietsen voor de Brabantse beroepsbevolking not done. De fiets was iets voor arme mensen."

"Kinderen kregen vaak een voor volwassenen bedoelde fiets cadeau, waar op de trappers houten blokken werden gemonteerd."

"De mooiste ontwikkeling op fietsgebied vind ik dat je tegenwoordig nog maar zelden een lekke band hebt."

"Jammer vind ik het dat de stoere bagagedrager door het gebruik van lichtgewicht materialen in een watje is veranderd."

"In 1989 was er een primeur: rond het stadje Delden werden de eerste bewegwijzerde trajecten van LF-routes geopend."

Een feest der herkenning? Dan moet je het hele boek maar eens lezen. Te koop bij de boekhandel of te leen bij elke openbare bibliotheek. Veel leesplezier! Ennuh, d'r is óók een heel hoofdstuk over de auto. Voor lezers die nog steeds in de Mehari-stand zitten ;-).


zaterdag 26 september 2015

Autorijden met het comfort van een velomobiel

In een auto zit ik zelden. En zelf besturen? Da's de laatste 25 jaar niet meer voorgekomen. Geen behoefte aan, geen zin in en op dit moment natuurlijk ook niet meer verantwoord. Ondanks het feit dat ik nog steeds een geldig rijbewijs kan tonen. Als ik in een auto zit ben ik altijd meerijder en in 99 van de 100 gevallen zit er dan een collega achter het stuur.

Autorijden is op zulke momenten altijd een nogal steriele ervaring. In een supercomfortabele fauteuil (stoelverwarming), met radio 538 op de achtergrond word ik naar mijn bestemming gereden. Regen of wind je merkt er weinig van. De airco zoemt zacht en verder is er niet veel te horen. Tenzij ik met collega 'X' in de auto zit want die houdt geen moment haar/zijn mond.  

Heel anders dan met de velomobiel naar het werk fietsen. Het geroffel en geraas van de stugge Marathon Plusjes op het asfalt, het gebulder van de wind (ondanks de oordopjes), de koude wind en soms zelfs regen die om je heen wervelt. En natuurlijk het nauwe contact met de weg en je omgeving omdat je je in zo'n opvallend én superlaag voertuigje voortbeweegt. Je voelt dat je beweegt, je voelt dat je leeft!

Afgelopen donderdagmiddag zat ik weer eens in een auto. Maar wat voor één! Met alle collega's van de afdeling (toch wel een man/vrouw of 50) gingen we  teambuilden in de buurt van Barneveld. Er waren verschillende activiteiten te kiezen en ik belandde bij de speur- en toertocht in een Citroën Mehari. Samen met drie collega's reed ik een anderhalf uur durende puzzeltocht door de Gelderse Vallei.  De aanwijzingen waren waarschijnlijk met opzet nogal complex, maar dankzij een batterij smartphones met OSmAnd en Maps.me geïnstalleerd konden we ook in de 4G-loze Bible Belt navigeren. We waren als eerste terug ;-).

Oh, welk een heerlijke eenvoud. "T lijkt een beetje op het dashboardje in de velomobiel, toch?

Mooi rode Mehari's

Wel eens in een Mehari gezeten? Een halfopen autootje met de techniek van een Lelijke Eend, een kunststof carrosserie en het comfort van een kameel. De passagiers worden tegen de elementen beschermd door plastic flappen die met drukkers vastzitten. Maar wat een ervaring! Dit was pas echt autorijden.

Het gebulder van de wind die door allerlei kieren naar binnenwaaide. Het kenmerkende lawaai van het simpele luchtgekoelde motortje dat voortdurend op volle toeren moest draaien. Even trapte de chauffeur het gaspedaal helemaal in (had je kracht voor nodig!) en we bereikten een snelheid van 70 kilometers per uur! Dat ging hard! In de bochten liep er iets aan en drong een penetrante lucht van verbrand rubber de cabine binnen. Mijn medepassagiers voelden zich wellicht wat onbeschermd maar voor mij was het eigenlijk net velomobielrijden.

Mehari rijder ergens ten zuiden van Barneveld
'Mehariste' ergens ten zuiden van Barneveld

En de moraal van het verhaal? Eigenlijk is zo'n simpel voertuigje  goed genoeg voor 99 van de 100 autoritjes die mensen maken. Harder dan 50 hoef je toch niet en enige blootstelling aan de elementen zou voor iedereen gewoon wel eens goed kunnen zijn. Zo'n Mehari is prima om veel boodschappen mee te doen, de kinderen weg te brengen en iets langere afstanden naar je werk te rijden. En veel andere toepassingen waarbij extra laadruimte nodig is. In alle andere gevallen moet je vanzelfsprekend velomobiel gaan rijden of gewoon gaan fietsen. Auto's moeten niet complexer worden, nee ze moeten simpeler!

Nog in de ban van het VW-schandaal? Realiseer je dat als we onze moderne techniek zouden toepassen in een auto die even licht en traag is als een Mehari, nu met wagens zouden rijden die nauwelijks nog brandstof verbruiken. Volgens: De 2CV een groene auto uit 1949

Eén enorm verschil met de Strada was er wel. Na anderhalf uur blootstelling aan de elementen rolde ik verkleumd tot op het bot uit de Mehari. Ondanks mijn fleece-vest en regenjack. Om op temperatuur te komen nam ik een grote kop hete koffie. Als Stradarijder had ik na zo'n ritje voor een mooi geel en ijskoud schuimend glas gekozen.




zondag 20 september 2015

Dag Met Het Handje - The Dark Side

Geef ik in mijn vorige bericht een inkijkje hoe ik met trage medefietsers omga, roept dat gelijk een heleboel emoties op. En iedereen vanaf nu maar denken dat ondergetekende zo'n aardige, voorkomende en vriendelijke zwaaiende velomobielrijder is. De ideale schoonzoon, maar dan in een Strada ;-). Nou het kan ook nog heel anders! Om te voorkomen dat ik vanaf nu in de softe hoek wordt weggezet heb k mijn vorige ritje nog eens overgedaan, maar dan via The Dark Side van het Apeldoorns Kanaal.
Lees eventueel nog het vorige bericht zodat de subtiele verschillen je op kunnen vallen.
Het is erg laat in de vrijdagmiddag, de werkweek zit erop, de overuren zijn gemaakt, het waterschap in Apeldoorn heeft me eindelijk laten gaan. Het was een rotdag. Collega's hebben alweer mijn Strada beklad en er zo'n Darth Vader sticker opgeplakt. De rotzakken. Zeker omdat ik tegenwoordig een donkergetint vizier op mijn Sinnerkap heb. Ik ben gewoon op mijn privacy gesteld, dat is toch normaal?  Die pesterijen zijn allemaal begonnen toen ik Strada 94 in donkere tinten heb laten overspuiten.

"Fear is the path to the dark side" (Yoda in Star Wars)


Het is bewolkt en er valt druiligere regen. Ik ben bezig met de laatste kilometers van mijn Fietstelweek. Ook zo'n idioot iets, dat alleen maar geschikt lijkt te zijn de batterij van mijn smartphone in hoog tempo leeg te trekken. Waarom deed ik ook al weer mee?

De versnelling staat op Hoog, ik trap verbeten door. Hoe ik ook fiets, onvermijdelijk moet ik altijd een stukkie langs dat Apeldoornse kanaal. Aan de andere kant van het kanaal maken stinkende auto's en motoren een irritante herrie.

Ik zeil een bocht om en zie ze voor mij fietsen. De AGU-regenpakken glimmend in de regen. Gepensioneerd én tot overmaat van ramp ook nog eens elektriek ondersteund. 'Damn', ik zal er kost wat kost langs moeten. Desnoods fiets ik ze het kanaal in.

Op het dashboard kies ik preset W1. De vijf Chinese lichtkanonnen op de full carbon bike bar flitsen aan. De luchthoorn die daar ook gemonteerd zit zendt korte stoten van 120 dB uit. Als je dat niet hoort, ben je doof. En ja hoor, dat heb ik weer, ze zijn blijkbaar alle twee doof of Oost-Indisch doof.

Dan is preset W2 de beste optie. Het zwaailicht gaat erbij aan en de luchthoorn gooit er een tandje bovenop. Nog 50 meter te gaan!  Zodra ik op 25 meter ben zal het nabijheidsdetectiesysteem automatisch de tekst "Opzij, opzij, opzij" activeren. En dan niet met de stem van een vriendelijke dame met een zachte gee.

Dat helpt wel. Meneer, die links rijdt, wordt door mevrouw aan de arm getrokken terwijl ze paniekerig achterom probeer te kijken. Maar daar gaan ze weer van slingeren. Gelukkig heb ik sinds een maand die Carbon Bike Bar. Je kunt vervelende fietsers ermee aantikken zonder zelf schade op te lopen. Eén van de vele kwaliteitsproducten van Veloparts.com uit Australië voor veiliger velomobielen.

Net op tijd duikt meneer de rietstengels in naar rechts, waar ik hem graag zie. Ik laat de sirene nog even extra loeien en zoef erlangs. Dankzij mijn uitstekend geïsoleerde Sinnerkap hoor ik al het gevloek en getier niet. Nog een voordeel van zo'n kap. Je wordt er echt een watje van.

Om ze nog goed in te peperen dat ze voortaan sneller aan de kant moeten laat ik het LED-bord op de kont van de Strada even kort opgloeien. ">>> R E C H T S H O U D E N <<<" kunnen ze daar lezen. En zo heb ik nog een hele bibliotheek aan stimulerende teksten. Ook een stukje educatie vind ik namelijk heel belangrijk.

Dus als jullie ook vinden dat wij velomobielrijders een grondwettelijk recht op meer ruimte  tijdens het buitengewoon kritieke proces van inhalen hebben, dan wordt de methode The Dark Side door ons van Mooi Geel van harte aanbevolen. Of halen jullie dit soort fietsers nog heel ouderwets in via de beleefde maar oh zo vertragende "Dag Met Het Handje"  methode?

Naschrift
"Zet er nou zo'n knipoogje bij", zei Anja net tegen me. "Straks denken ze nog dat je echt zo bent" ;-)




vrijdag 18 september 2015

De methode Dag Met Het Handje

Het is vrij vroeg in de vrijdagmiddag, de werkweek zit erop, de uren zijn gemaakt, het waterschap in Apeldoorn heeft me vrijgelaten ;-). De zon schijnt en het is heerlijk fietsweer. Ik ben bezig met de laatste kilometers van mijn Fietstelweek. Om ze daar alert te houden fiets ik niet helemaal langs het kanaal maar over de lange rechte Hallsedijk. Da's weer eens wat anders en 2,5 kilometer langer.

De versnelling staat op Olfen, ik doe er zo weinig mogelijk moeite voor. Thuiskomen doe ik toch wel, op een minuut of 10 meer komt het echt niet aan. "Olfen is a state of mind, not a specific speed...", zou een bekende bhoedistische guru ooit eens gezegd kunnen hebben.

Hoe ik ook fiets, onvermijdelijk moet ik altijd een stukkie langs dat mooie Apeldoornse kanaal. Niks mis mee, heerlijk slenterfietsen met het kabbelende water aan mijn rechterkant. Aan de overkant doen automobilisten en motorrijders verwoedde pogingen om zo snel als mogelijk naar huis te komen, maar ik, ik ben aan die aandrang vandaag ontstegen.

Ik zeil een bocht om en zie ze voor mij fietsen. De zilvergrijze haardossen schitterend in het zonlicht. Gepensioneerd, heerlijk ontspannen én elektriek ondersteund. Zeg maar: bezig met  het gewone mensen Olfen. Niks mis mee maar mijn tempo ligt, zelfs  nu, toch wel een ietsepietsie hoger dan van deze twee fietsers. Ik zal er echt langs moeten.

Omdat ik in zo'n ontspannen stemming ben grijp ik niet eerst naar de claxon. Ik geef een flinke ruk aan mijn belkoordje, de dingdong in het vooronder laat horen dat ie nog steeds voor de volle 100% meedoet.

inhalen!
Dat helpt wel wat. Meneer, die links rijdt, wordt door mevrouw op de arm getikt. Hij schuift 2,3 centimeter naar rechts en denkt dat dat voldoende is. Maar hij weet nog niet wat er aan komt. Het sonore gerommel van een velomobiel op asfalt, herkent ie niet.

Ik heb meer dan die 2,3 centimeter speelruimte nodig. Dan de claxon en dat helpt. Meneer zakt af en gaat naar rechts. De Rode Zee heeft zich geopend. Ik druk iets op de pedalen en glijdt geluidloos in positie. "Oh wa's dat nou...?", hoor ik rechtsboven als ik meneer passeer. Ook mevrouw laat zich niet onbetuigd. "Oh jee, jeeeee...", hoor ik. Ja best eng en even schrikken, zo'n geluidloze banaan die op kniehoogte voorbij glijdt. Ook al is maar met Olfsnelheid.

Om die schrik een beetje goed te maken, en daar draait dit hele verhaal om, heb ik een standaard methode. Zodra ik gepasseerd ben steek ik mijn rechterhand vriendelijk op en wuif subtiel.  Het signaal: hartelijk dank voor uw medewerking een volgende keer doen we  het graag net zo. En ik heb het gevoel dat dat werkt. Vaak hoor ik dan achter mij nog roepen: "Dank je wel", of  "Goedemiddag!" of zoiets.

Dus voor een nog betere acceptatie van de velomobiel tijdens en vlak na het buitengewoon kritieke proces van inhalen wordt de methode "Dag Met Het Handje" door ons van Mooi Geel van harte aanbevolen. Of zouden jullie deze twee gewoon het kanaal ingetoeterd hebben?

Dit verhaal kreeg een duister vervolg



maandag 14 september 2015

Gele petjes en een kilo fietsdrop

Ik ben al geruime tijd actief voor de afdeling Rheden van de Fietsersbond. De website bijhouden en allerlei hand en span diensten leveren. Zo lang het maar leidt tot betere fietsvoorzieningen in Dieren en omstreken. De afdeling heeft zo'n 160 leden maar daar mogen er best wat bij komen. Dat was dan ook één van de redenen om deel te nemen aan de jaarlijkse verenigingsdag op het Callunaplein in Dieren. Ingeklemd tussen de schaakvereniging en de quiltclub presenteerden we daar de activiteiten van onze afdeling en de Fietsersbond in het algemeen.

Fietsdropjes (per 500 gram) uit het FB promotiepakket

Als extraatje hadden we aan de andere kant van de straat een zaaltje gehuurd waar we doorlopend de film "Spring maar achterop" vertoonden. Daar komen ook velomobielen en ligfietsen in voor dus ik vond dat sowieso een prima idee.

Ik heb zelfs overwogen om op het plein met mijn Strada rond te gaan rijden om de al die passanten die met opengevallen mond geheel stilgevallen zouden zijn, razendsnel een Fietsersbondfoldertje in de hand te drukken. Van aandacht zou ik verzekerd zijn, maar ik zou niet verzekerd zijn tegen te veel aandacht. Één onbewaakt moment zou genoeg kunnen zijn om fikse deuk op te lopen. "Oh, ik dacht dat je er op kon zitten..... " of  "Nou dan moet u dat ding hier maar niet neerzetten!". Daar had ik  geen zin in.

De stand van de afdeling Rheden-Rozendaal op de verenigingsdag in Dieren
Gelukkig hadden we een uitgebreid promotiepakket bij het hoofdkantoor besteld om het gemis van een mooi gele velomobiel te compenseren. Foldertjes, boekjes, pennen, stickers, gele petjes, het gebruikelijke materiaal. En een hele kilo fietsdropjes. Van die lekkere zachte zoete.

Het weer werkte mee en de drop ging snel op. Één kanttekening heb ik nog wel: als ligfietsers tellen we volgens mij dus pas echt mee als ligfiets- en velomobieldropjes in het promotiepakket van de Fietsersbond gewoon standaard zijn. Misschien een mooi nieuw speerpunt voor de Ligfietsvereniging?



zondag 6 september 2015

Kermiskoers met LOL

Ik fietste om iets na negenen de Houtmarkt op en reed recht op de botsautootjes af. Ik voelde me wat ongemakkelijk want mijn Strada is een stuk minder kreukvrij dan  het gemiddelde kermisvoertuigje. Achter de draaimolen die voor de deur van het Volkshuis stond, zag ik een bekende gele vorm te voorschijn komen. Ik was aan het juiste adres.

Kermiskoersen met drie Questen, één XS en een Strada 94

Houtmarkt in Zutphen
"Komen d'r niet meer?", vroeg Nellie toen ze langskwam om de bestellingen op te nemen. "Jullie zijn met zo weinig..."  Nellie van het Volkshuis had het scherp opgemerkt. Op dat moment waren we maar met z'n drieën en da's voor een LOL-tochtje toch erg weinig. Gelukkig reden er een paar minuten later toch nog twee Questen de Houtmarkt op zodat onze eer gered was.

De andere 'usual suspects'  lagen waarschijnlijk thuis nog lekker in bed of zaten aan een heerlijk 'the day after'-ontbijt. Dat zou ik zelf ook gedaan hebben na de Mega LOL Rijstafette van zaterdag. Alleen Marc had zich er niks van aangetrokken en was zelfs als eerste in Zutphen.

De Waag in Doesburg bestaat als sinds 1478 en is daarmee officieel de oudste horecagelegenheid van Nederland

Of het appelgebak ook al  sinds 1478 zo uitstekend smaakt vragen deze LOL'lers zich helemaal niet af.
Zoals gebruikelijk hebben ze het over ligfietsen enzo...

Over de bestemming waren we het al snel eens: het appelgebak van De Waag in Doesburg, en daarna zouden we wel verder zien. In Doesburg bleken er twee opties: of via Dieren terug naar Zutphen of via een omweggetje door de Achterhoek. Het werd de Achterhoek.

Toen we weer op de grote weg iets ten zuiden van Zutphen uitkwamen besloot ik af te slaan en via de Dierense pont naar huis te fietsen. 'T waren weer ruim 85 soms ietwat natte maar zoals altijd bijzondere lollige kilometers.




zaterdag 5 september 2015

Piet Pelle houdt open dag

Weliswaar uit Dieren maar een echte Gazelle?

Hoe anders was het gegaan als Willem Köllink in 1892 in Dieren niet met een gewone rijwielhandel en later rijwielfabriek was begonnen maar gelijk al met een visionaire blik op de toekomst met het ontwikkelen en bouwen van velomobielen was begonnen? Zeg maar de Velocar van de Lage Landen.

Tja, in dat geval was ik vandaag naar een hele andere Open Dag van de nieuwe fabriek van Gazelle in Dieren geweest. Een open dag met een rondleiding door de het gloednieuwe Velomobile Innovation & Production Centre waar geen 275.000  fietsen per jaar van de montagebanden rollen, maar 275.000 velomobielen.  Maar zo is het natuurlijk niet gegaan.

Nadat Willem Alexander eind deze week een flitsend rondje met een ebike over de testbaan had gemaakt was de nieuwe fabriek officieel geopend en mochten als eerste de Dierenaren binnen rondkijken. Gekleed in een oranje hesje ("voor uw veiligheid")  konden we op eigen houtje een route door de fabriek lopen.  We zagen hoe kale frames snel kleur en lak kregen en hoe een machine razendsnel een wiel kaarsrecht en strak spaakte met een maximale slag van 0,5 mm. Er werd overigens nog verrassend veel met de hand gedaan. De enige dames in het motageteam verzorgden de bestickering van de frames. Dan kunnen mannen blijkbaar niet (netjes).







Om 275.000 fietsen per jaar te maken heb je natuurlijk wel heel wat spullen nodig. Er schijnt zo'n 344  kilometer fietsketting doorheen te gaan. Elke 30 seconden rolt er een Gazelle van de band rechtstreeks de vrachtauto in. Steeksproefgewijs wordt zo ongeveer 5% van de fietsen nog eens extra gecontroleerd.  Om te testen of de Gazelles een beetje weersbestendig zijn worden fietsen twee dagen in een zoutsproeibad gezet. Dat moet overeen komen met 7 jaar fietsen in weer en wind. Aan het einde van de rondleiding kwamen we  ook nog langs de fitnessruimte voor het personeel. Daar stond vooral veel krachtsportapparatuur en wat achteraf één hometrainer. Gazelle heeft overigens een hele ruime fietsenstalling voor personeel en bezoekers vlak voor de deur. En fiets je het terrein af en sla je gelijk rechts af, dan kom je na 500 m langs het beeldje van  Gazelle icoon Piet Pelle.



Piet Pelle beleefde als Gazellerijder de meest onwaarschijnlijke avonturen met zijn fiets. Hij stort van de rotsen af en rijdt dwars door een stenen muur heen of botst tegen een trein. Maar uiteindelijk blijkt de fiets, natuurlijk een Gazelle, nog tiptop in orde.

Alles bij elkaar een geslaagd uurtje fietsenkijken in eigen dorp. 




dinsdag 1 september 2015

Scheisse of heerlijk toeren?

We zaten al ruim een kwartier in de trein maar het was ons nog steeds niet gelukt een kaartje aan de automaat te ontfutselen. Even leek het te lukken, maar op het beeldscherm verscheen de vraag: “Wiefiele Kinder reisen mit Ihnen?”  Het minimum aantal kinderen dat we konden kiezen was vier. En we waren maar met ons tweetjes. Onderweg in de DB Regio Bahn van Enschede naar de Duitse stad Münster. Vanaf Dieren kun je in ongeveer twee uur pure reistijd deze mooie oude stad in Noord Rijn Westfalen met slechts twee keer overstappen met de trein bereiken. Maar dan moet je niet bedenken dat je met een DB 5 Personen Kortingkaartje wil reizen!
“In Duitsland bleek het verrassend populair en goedkoop je fiets mee te nemen met de trein. Anders dan bij de NS lijkt de Deutse Bundesbahn het juist aan te moedigen”

Münster zou ons startpunt worden van een weekje fietsen. Eerst zouden we via de Europa Radweg R1 een flink stuk naar het oosten fietsen. Die R1 begint in Boulogne sur Mer (F) en volgt dan als LF1 de Belgische en Nederlandse kust. Vanaf Den Haag gaat ie verder als LF4 naar het oosten van het land om daar ergens de Duitse grens over te steken. Maar dat stuk en het deel tot Münster kenden wel al.

Het startpakket voor elke Duitslandroutefietser: iets te drinken, een kaart voor het overzicht, de GPS Dakota 20 voor de details en last but not least wine gums

Aan het eind van de middag reden we Münster uit. En dan weet je het ineens weer. De fietsinfrastructuur in steden en stadjes is bij onze oosterburen ‘Scheisse’. Onmogelijke tegelpaden die je deelt met voetgangers en elke 200 meter een hekje of een paaltje. Maar zodra je de stad uit bent stuurt zo’n langeafstandsfietsroute je wel weer over heerlijk rustige fietspadbrede binnendoorweggetjes. Van die weggetjes waar je op een hele dag fietsen misschien maar een paar auto’s tegen komt.  Over zulke wegen reden we laat die eerste middag van Münster Hbf naar Campingplatz Sonnenwiese.

Die naam klonk veelbelovend maar het bleek een nogal zompig ‘natuurkampeerterreintje’ te zijn waarvan de enige andere (Duitse) kampeerders ons vertelden dat ze de voorzieningen ‘spartanisch’  vonden.  Bij het inspecteren van het toiletgebouw hadden we al de indruk gekregen in een langdurig door burgeroorlog getroffen gebied te kamperen ;-).

Stukje fietsen? Keus genoeg volgens deze typische Duitse fietswegwijzer. De kleine bordjes met de dubbele nummers zijn een minder handig alternatief voor het Nederlandse en Belgische knooppuntensysteem. Dat heeft dus niks te maken met het feit dat deze wegwijzer ook Knotenpfunkt 6 is ;-).
De volgende dag begon het echte fietsen. De R1 was uitstekend bewegwijzerd maar de meegenomen GPS-track bleek soms wel verdraaid handig. Campings bleken langs de route dun gezaaid zodat we  een paar keer overnachtten in een Gasthof. Pas weer in de stad Höxter, bekend vanwege zijn fraaie oude klooster(kerk), vonden we weer eens een camping. Höxter ligt dan ook aan de Weser en Duitsers en kamperen laten zich blijkbaar alleen combineren met de aanwezigheid van meren of rivieren
Als je in de stad Rietberg bent dan komt dit het dichtst bij kamperen. Urgemùtliche Camping/Pods op het terrein van het Gartenschau Park. Minuscule wat benauwde trekkershutjes in Hobbitstijl waar je toch nog 45 euro voor betaald.
Ook al slaap je in je Hobbithuisje niet zo lekker onderweg is er tijd genoeg om een dutje te doen
Onderweg waren we al verscheidene fietsers tegengekomen die de hele R1 aan het fietsen waren. Naar Berlijn of voor de echte doorzetters helemaal naar Sint Petersburg.  Zoveel tijd hadden wij niet. Wij fietsten verder zuidelijk langs de heerlijk vlakke Weser Radweg. Over prima fietspaden en uitgestorven landweggetjes vlogen de kilometers voorbij.  Langs die Weser wemelde het van de typische Duitse Elektroradfahrer. Allemaal van pensioengerechtigde leeftijd, met een helm op en felgekleurde hesjes aan. Want het is nogal gevaarlijk langs die Weser ;-). De Weser heeft een zijrivier: de Diemel waar ook weer zo’n heerlijke fietsroute langsloopt. Overal staan bankjes en schuilhuisjes en veel klimmen is er niet bij. Echt fietsen voor watjes dus.
"Elk stadje van enige omvang heeft nog zo'n ouderwetse VVV met behulpzame dames. Met veel handige kaartjes en foldertjes over fietsen en fietsroutes. Ook in het Nederlands."

En toen bleken we ineens op de wereldberoemde Millingen –Praag fietsroute te rijden. We kwamen bosjes landgenoten tegen die allemaal maar Praag onderweg waren en allemaal Hét Routeboekje hadden. Op de camping in Warburg kregen we  bij aankomst ongevraagd een hele serie tips over kampeerterreinen die we maar moesten vermijden. Bij de één was de eigenaar altijd dronken en de Poolse vrouw die de toiletten schoonmaakte deed dat alleen maar als ze zin had. En verderop moesten we ook niet stoppen. Veel te duur!  Toen wij vertelden dat we helemaal niet naar Praag gingen maar weer terug naar Münster keek de campingdame ons aan alsof we van Mars kwamen in plaats van uit Dieren.

Het was  niet alleen maar vlak en langs riviertjes fietsen...
Dit hoort bij elke fietsvakantie: lekker lui in de schaduw van het uitzicht genieten
De hele dag over zulke weggetjes fietsen. Dat wil toch iedereen wel?
Langs de Diemel Radweg. Overal bankjes en schuilhuisjes.

Langs rivieren fietsen vinden Duitse routemakers blijkbaar leuk want een dag of wat later reden we langs de Lippe Radweg naar het oosten. Alles wat een heuvel of berg leek hadden we alweer achter ons gelaten.   Diezelfde routemakers wringen zich in de meest bijzondere bochten om als het maar even kan elk stukje over een iets drukkere weg te vermijden. Het is geen uitzondering dat routes een omweg maakten van een paar kilometer alleen maar omdat je dan iets veiliger kon oversteken. En dat terwijl die Duitse automobilisten, zoals Wilco ook al opmerkte, zo keurig rijden.

En aan velomobielrijders hebben ze helemaal niet gedacht. Maak deze tocht in je Strada, Mango, Quest of DF en je zult regelmatig moeten ‘schieben’. Ook moet je het niet erg vinden om kilometers lang over stenige halfverharde smalle paden te hobbelen.  Dan is zo’n tweewieler toch wel iets fijner.

Het was een zaterdag, de temperatuur was gestegen tot ruim boven de 30 graden en toen we het stadje Beckum binnenreden leek het alsof er een bom was ontploft. Dat waren we even vergeten: dat na 1 uur ’s middags heel Duitsland in ruststand gaat. Twee straten verder was het ineens wel druk: daar bleek het ‘Eiscafe’ gelukkig nog gewoon open."Zweimal Zitroneneis Bitte!"

En omdat we al zoveel langs rivieren hadden gefietst reden we de laatste kilometers naar eindpunt Münster maar via de Werse Radweg.  De volgende dag waren we tegen het middaguur alweer terug in Dieren. Zo’n 600 kilometers hadden we weggetrapt en omdat het vooral heerlijk toeren was komen we nog eens terug.