maandag 30 april 2012

Schokkende avonturen (deel 2)

Terwijl het Oranjezonnetje steeds beter z'n best ging doen duwde ik de Strada de tuin in om af te maken wat zaterdag niet gelukt leek: het definitief monteren van de Risse Genesis schokdemper.

Ik zeg "...niet gelukt leek" want er was dus helemaal niks aan de hand. Het is normaal dat dit soort schokdempers de eerste keren enorm stug zijn; nauwelijks willen inveren, meldt Wim Schermer mij via de e-mail én op dit weblog. Wim bedankt voor je vlotte reactie en alle informatie, da's weer een hele geruststelling. Wim mailt ook dat dit verschijnsel in de handleiding een plekje krijgt.

Ik moest toch nog even prutsen om de demper op de juiste maat te krijgen omdat ik aan één zijde het draadeinde uit de demper had moeten verwijderen. Het feitelijke in de fiets plaatsen was weer een fluitje van een cent. Deze keer had ik de demper op 4 bar gezet.

The proof of the pudding is in the eating, en dus nam ik plaats in de fiets. "Zie je 'm iets inzakken?", vroeg ik aan mijn vrouw.  "Nou eigenlijk nog steeds niet...", antwoordde ze. Een kort ritje moest meer duidelijkheid geven.

Toen ik even later de fietsschoenen had aangetrokken leunde ik nog maar eens stevig op de kont van de Strada. En zie, ineens er was beweging! Nog een paar keer heen en weer en de fiets liet zich al moeiteloos achteroverdrukken. 

Het zou een kort testrondje worden van slechts enkele kilometers met als onverhard hoogtepunt een stukje van de Zuidlaan ten zuid-westen van Dieren. Daar zitten flinke kuilen en hobbels in, en het leek me een goed idee de Risse Genesis daar te beproeven.


The eating of the pudding
De eerste indrukken waren zonder meer positief. Het leek er in elk geval op dat ik strakker door de bochten ging. Zo te voelen is de 4 bar stand wel voldoende voor mij; het gaat mij vooral om comfortabel en veilig forensen. Op het off-the-road traject over de Zuidlaan kon ik goed het verschil voelen. Soepel gleed de Strada door de kuilen en over de hobbels. Dat was een duidelijk verschil met vorige ritjes.

Komende woensdag meer pudding eten tijdens het woon-werkverkeer naar Apeldoorn. Wordt vervolgd in Schokkende avonturen deel 3.



Strada overgespoten

Wat is een betere dag dan 30 april om je fiets te laten overspuiten in mooi oranje. Ik was dat geel al een tijdje zat. Véél te slecht zichtbaar en de helft van alle velomobielen is al geel dus ook daartussen val je dus niet echt meer op. Met het EK Voetbal voor de deur zit ik dan ook gelijk goed.

De spuitbus erop en Mooi Geel is vanaf nu Mooi Oranje.

Mooi oranje

Nou ja, alleen vandaag en alleen op dit weblog. Met dank aan meneer Adobe. En iedereen een prettige Koninginnedag gewenst!














zondag 29 april 2012

Schokkende avonturen (deel 1)


En daar was ie dan! De Risse Genesis schokdemper van Velomobielonderdelen.nl werd vrijdag bezorgd. Inclusief de Accu-fill adapter voor oppompen zonder spanningsverlies. De schokdemper is heel licht maar ziet er bijzonder solide en mooi afgewerkt uit. Haast zonde om in de fiets te laten verdwijnen.

Het laat zich eenvoudig raden wat er zaterdag, na het boodschappen doen en andere huishoudelijke verplichtingen, ging gebeuren. Fiets de garage uit en schokdemper erin.
Dat "schokdemper erin..."  bleek, over voor een dubbel-linkshandige zoals ik mezelf zie, een klusje van enkele minuten. De handleiding is simpel maar doeltreffend en op YouTube kun je het allemaal nog eens in alle rust bekijken.

Voor ik aan het definitieve monteren toe was moest ik nog wel wat hobbels nemen. Ik beschik weliswaar over een uitstekende pomp mét drukmeter maar die weigert zich aan te sluiten op een auto-ventiel zoals op de demper zit. Twee opties. Ëen was een verloopnippeltje van twee  euro kopen, optie twee was een speciaal schokdemperpompje. Aangezien optie 1. een fractie kost van wat optie 2. kost, en ik graag zuinig doe, was de keus duidelijk.

Duidelijk werd toen wel dat het oppompen in gemonteerde staat op deze manier erg moeizaam gaat, dus dat pompje zal er toch wel komen. In elk geval lukte het me om er voor montage een bar of 5 in te krijgen.

Daarna liep ik toch tegen een probleem aan. Ik had de demper al even proberen in te drukken maar kreeg er geen enkele beweging in ook bij weinig bars. Hij veerde en dempte geheel niet. Ook na montage, kreeg ik de achterkant van de Strada niet op de bekende wijze naar beneden gedrukt. Geblokkeerd, defect, deed ik iets fout? Ik wist het niet en een e-mail naar Wim S. moet redding bieden.

Omdat er hoe dan ook 'iets' met de demper zou zijn of moest gebeuren besloot ik toch maar 'even' de oude veerpoot terug te zetten. Had ik dat maar niet gedaan.

De bovenkant was weer in luttele seconden los maar het onderste draadeind van de Risse bleef in de stangkop zitten toen ik de demper losdraaide. "Gebakken peren", dacht ik, "hoe krijg ik dit nu weer los..?".

Dat draadeinde kreeg ik er uiteindelijk pas uit door de kettingbescherming te verwijderen (leve het klittenband) en de onderste stangkop geheel uit de fiets te halen. Da's wellicht een eenvoudig klusje als de bovenkant van je velomobiel eraf is, maar nu was het een gymnastische oefening. Pas toen kon met de nodige krachtsinspanning het draadeinde uit de stangkop gedraaid worden en weer in de onderzijde van de Risse bevestigd. De oud demper zat daarna vrij snel weer op z'n plek. Er kan in elk geval weer gefietst worden.

Wat een vijf minuten klusje had moeten worden was inmiddels behoorlijk uit de hand gelopen. Mijn humeur was tot een dieptepunt gedaald.

Het antwoord van Wim moet nu de oplossing brengen om tot een happy end te komen.  Tips en suggesties van anderen zijn natuurlijk ook van harte welkom.



donderdag 26 april 2012

Wat is het mooist als het onder je fiets zit?

Asfalt is mooi, het zorgt ervoor dat ik soepel en snel de dagelijkse rit van huis naar werk en v.v. kan afleggen.

Waarmee  ik overigens niet de suggestie wil wekken mij aan te sluiten bij die weggebruikers die vinden dat er (met name) meer autowegen moeten komen. Er mag natuurlijk wel meer asfalt komen, maar dan graag op de plekken waar wij als fietsers nu nog moeizaam voorthobbelen over klinkers en verzakte tegelpaden.


Het mooist is asfalt als het ónder je fiets zit en niet als je fiets onder het asfalt zit. Zoals ik eerder schreef, maakte ik vorige week een flinke tocht naar het midden van het land. Onderweg kwam ik helaas in wegwerkzaamheden terecht en daarbij moet ik een stuk door een zo'n dun laagje vers plakasfalt hebben gereden.

Toen ik begin deze week de bandenspanning wilde controleren viel het me op dat de modder in de wielkasten wel erg hardnekkig was. Even krabben leverde me slechts een pikzwarte plakkerige nagel op. Het was asfalt. Het toch al niet zo maagdelijke geel was bezoedelt door een dikke zwarte streep die keurig de wiellijn volgde.

Voor alles is een schoonmaakmiddel, ook voor asfalt op een velomobiel. Men neme een paar flinke poetslappen en een fles wasbenzine en zie: het asfalt verdwijnt als sneeuw voor de zon. Het geel werd weer geel.

Nu nog een huismiddeltje ontdekken waardoor er net zo eenvoudig asfalt bijkomt op plekken waar ik het wél nodig heb.



dinsdag 24 april 2012

Velomo-poncho, een must have voor cabrio rijders

Ik ben zo iemand die het liefst zonder schuimdeksel rijdt. Ik sleep dat ding elke dag achter het stoeltje opgeborgen mee, maar gebruiken doe ik het met grote tegenzin. Vanaf de aanschaf van de Strada heb ik slechts één keer niet-cabrio gereden. En dat was tijdens een rit met langdurige én zware regenval. Maar eigenlijk regent het bijna nooit.

Maar soms regent het een beetje. Of het is een buitje dat ongetwijfeld snel overdrijft. Geïnspireerd door een post op het weblog van Casper Jansen (Q147)  heb ik een goedkope poncho, die ik toch al had liggen, op maat gemaakt voor velomobiel gebruik. Ik heb simpelweg de onderkant eraf geknipt. En daarna opgeborgen voor toekomstig gebruik.

Tot vorige week, toen vrijwel dagelijks een front van actieve buien Nederland passeerde. De meeste dagen ging het goed en fietste ik tussen de buien door maar vrijdag kreeg de velomo-poncho z'n primeur.

Donkere wolken pakten zich al samen boven Apeldoorn toen ik de Strada uit de stalling reed voor een enkele reis vrij weekeinde. Nog in Apeldoorn ging het eindelijk eens echt regenen! En de velomo-poncho deed z'n werk. Ik bleef vrijwel droog en daar gaat het bij zoiets om. Dat ie ook nog mooi geel is, is mooi meegenomen.


De velomo-poncho, een must have voor de fanatieke cabrio rijder. Niet verkrijgbaar via Velomobielonderdelen.nl.




 




zaterdag 21 april 2012

Met modder gooien

Het bezit van een velomobiel heeft vele voordelen. Eén daarvan is dat je (fiets)actieradius behoorlijk toeneemt. En daar heb ik afgelopen week gebruik van gemaakt.

Voor een spoedklus op het werk waren er foto's nodig van een aantal beken in de omgeving van het dorp Vaassen. De enkele reisafstand vanaf kantoor was ruim 12 kilometers. In het pre-Strada tijdperk zou ik niet zo snel op het idee zijn gekomen, maar nu lag het min of meer voor de hand om dit "even" op de fiets te doen.

Met de camera in de velomobieltas en een kaartje in de hand was ik binnen een half uur al op locatie. Die locatie lag wel aan het einde van een onverhard modderig bosweggetje. Ik had gelukkig andere schoenen meegenomen voor de laatste paar honderd meter naar de fotoplek. Tot zover niks aan de hand.

De terugweg ging lekker vlot, want Vaassen ligt iets hoger dan Apeldoorn en op de teller verscheen spontaan 40 km per uur. Terug op kantoor sprak een attente collega mij aan: "Paul wat is er met je gezicht?  Het lijkt wel of je onder de modder zit....".



Oeps, dat krijg je van een ruig tochtje door de Veluwse bossen. Blijken die open wielkasten van de Strada toch nog een nadeel te hebben.  Het was me al opgevallen dat de zijkanten van de fiets niet meer mooi geel waren, maar dat de modder zó hoog zou komen?


donderdag 19 april 2012

Monstertocht naar spookkantoor

Ik heb een officieuze competitie met mijn vrouw. Zij is eerder met e-biken begonnen en haar totale kilometerstand is nu nog vele honderden kilometers meer dan die van mij. Maar op een normale werkweek loop ik bijna 50 kilometer in, dus ik haal haar wel in.

Afgelopen dinsdag heb ik in elk geval een flinke inhaalslag gemaakt door in één dag 120 kilometer aan mijn totaal toe te voegen. Om allerlei redenen, waarvan het uitleggen hier te ver zou voeren, moest ik in de omgeving van Leusden zijn. Oplettende lezers gaan nu even rechtop zitten. Heb je daar niet jaren gewerkt totdat het werk naar Apeldoorn verhuisde en de aanschaf van een Strada mogelijk maakte? Ja, helemaal goed! Jullie gaan door voor de volgende alinea!

Op de locatie Leusden is nog steeds een rudimentair spookkantoor met werkplekken voor een man/vrouw of 20 achtergebleven in een gebouw waar eens 175 mensen werkten. Onder andere de fietsenstalling, de douches en de koffie-automaten werken nog. En da's wel handig als je even uit wil blazen na een  tochtje van een kilometer of 60.

Tegen half zeven 's ochtends fietste ik al door de Veluwse bossen in westelijke richting. En dan moet je de bult over. Ik merk dat ik daar niet van hou, van bergop fietsen met de Strada. Daarna volgde nog een gruwelijk slecht stukje fietspad en kon ik eindelijk eens doorrijden. De onovertroffen routeplanner van de Fietsersbond loodste mij minutieus via de bossen ten zuiden van Otterlo keurig de Gelderse Vallei in.

Als je van Roekel heet stop je natuurlijk in de Roekelse bossen waar je roots liggen....


Bij Meulunteren vond men het helaas nodig over een grote afstand het asfalt te vervangen. Twee keer moest ik uit de Strada om de fiets met zachte hand langs allerlei obstakels en door bermen te loodsen.

In de omgeving van Barneveld waren er nog twee stoplichtloze afslagen waar ik besloot dat, gezien de enorme drukte en onoverzichtelijkheid, het veiliger was om te voet (!), met de fiets aan de hand, over te steken. Je merkt op zo'n route dat het niet je vaste woonwerk-routine is, elke kruising, elke afslag betekent oponthoud.

Het spookkantoor (officieel heet het satellietlocatie) bleek niet erg spookachtig te zijn. Er werkten die dag best veel collega's; de koffie en de Cup-A-Soup stonden voor me klaar. Strada stond buiten en claimde exclusief de hele fietsenstalling.

Waar vroeger tientallen fietsen stonden is nu wel plek genoeg voor de Strada....

Terug ging het allemaal iets vlotter door een alternatieve asfalteringswerkzaamheden-vermijdende-route die helaas wel deels onverhard was. Die winst was ik wat later weer bijna kwijt door verkeerd te rijden.

Eindelijk kwam na 115 kilometers de steile afdaling langs de Lange Juffer richting Dieren. Woehoe, zzzzoef je gaat 50 voor je er erg in hebt. Jammer dat je dan zo snel beneden bent. Fijn dat met zoveel kilometers in de benen het laatste stuk zo vlot gaat...  Nog een keer zo'n stuk doen? Nou voorlopig maar niet.












zaterdag 14 april 2012

Oooh.... een banaan!

Afgelopen vrijdag begon mijn terugreis wat vroeger dan gebruikelijk. In plaats van omstreeks half vijf liet ik mij nu drie kwartier eerder in de Strada zakken. Het vrije weekeinde lonkte, ik wilde naar huis.

De reis van Apeldoorn-Noord naar Apeldoorn-Zuid, dwars door de stad, verliep zoals gebruikelijk. Op de bekende punten vertraging door véél fietsers en door lastige oversteekpunten waar je met je velomobiel niet op de middengeleider voor fietsers past en dus in één keer moet oversteken. Even hing ik nog achter een, met twee stevige meiden, zwaar beladen "blauw plaatje" maar die bleek ondanks die last toch nog ruim 35 te kunnen halen. Ik dacht dat die dingen maar 25 km per uur mochten?

Tot zover "business as usual...".  Pas langs het Apeldoorns Kanaal merkte ik dat ik ruim drie kwartier vroeger was. Er waren scholieren. Niet één klein groepje maar veel meer, soms waren ze wel met z'n zevenen of meer. Bellen helpt hier niet, ik gooi er bij deze medeweggebruikertjes gelijk de claxon tegenaan. En dan ontstaat er vanzelf een gat waar ik in pas.



Eén van de laatste groepjes die ik inhaalde bestond uit vier meiden die natuurlijk de hele weg nodig hadden. Even toeteren en ze maakten keurig plaats voor de aanstormende Strada. Dit soort damesclubjes wil bij het passeren nog wel eens in hysterisch gegil uitbreken maar dit viertal had letterlijk meer noten op de zang.

Op het moment dat ze mij voorbij zagen stormen riepen zij met vier wonderschone sopranen en volmáákt in koor: "Ooooh een banaan....!".  Er is toch niets mooier dan een heldere meisjessopraan die de schoonheid van een velomobiel bezingt.

Volgende week wéér drie kwartier eerder weg, misschien kom ik ze dan wel opnieuw tegen.



woensdag 11 april 2012

Paastreffen in mijn achtertuin

Terwijl een deel van velomobielend Nederland een rondje over Texel draaide en een ander deel elkaar ontmoette ergens bij Harskamp op de Veluwe, had ik mijn eigen Paastreffen in de achtertuin.

Natuurlijk beschouw ik als Dierenaar de hele Veluwe als mijn achtertuin; immers als ik de straat oversteek en door het hek stap ben ik al in het Nationaal Park Veluwezoom en da's natuurlijk erg mooi. De wilde zwijnen ploegen mij achtertuin nog net niet om maar iets verderop in het bos kan ik dagelijks hun sporen aantreffen.

In de titel van dit verhaal gaat het over die bescheiden postzegel grond achter mijn eigen huis. Eerste en tweede Paasdag hadden wij vrienden op bezoek. Die waren al een tijdje niet langs geweest en dus kwam het gesprek onvermijdelijk ;-) op mijn meest recente en opvallendste aanschaf: de Strada.


De 'banaan' werd beklopt en bekeken en één van de vier wilde zelfs wel een sur place proefrit proberen. "Het lijkt wel wat op een kano...", zei ze en "je zit er behoorlijk klem in...".  Het instappen ging vrij eenvoudig, maar een eerste keer uitstappen blijkt elke keer weer een uitdaging. Dat herinner ik me zelf ook wel.

Ik weet zeker dat ik geen velomozieltjes gewonnen heb, maar de banaan is niet langer eng of vreemd. Nu de rest van Nederland nog.

Een woord tot slot
De eerlijkheid gebied mij te schrijven dat de gasten eigenlijk meer geïnteresseerd waren in het spotten van wilde zwijntjes. Maar hoe we ook speurden, die lieten zich niet zien. Da's dan weer het voordeel van een velomobiel, die kan zich nergens verstoppen.

Met wat geluk nu te zien...






zondag 8 april 2012

Vies geel of toch naar de VM Wash

Ik heb mijn fiets nu ruim drie maanden in bezit en al meer dan een maand gebruik ik Strada 94 intensief voor woon-werkverkeer. Het is dus niet zo vreemd dat het eens zo glanzende geel vlekken, strepen en klodders straatvuil heeft verzameld. In het algemeen zit er nu een grauwsluier over grote delen van de fiets.



Tja hoe ga je daar mee om als kersverse velonaut? Mijn andere fietsen (tweewielers) maak ik eigenlijk nooit schoon. De ketting en de remmen en andere bewegende onderdelen krijgen wel enige aandacht maar echt schoonmaken, poetsen, boenen en polijsten is mij vreemd.

Nu ik een fiets met zovéél buitenkant heb geeft dat in elk geval wel stof tot nadenken. Je velomobiel wassen gaat wel een beetje lijken op autowassen. Ik heb nooit een eigen auto gehad dus 't is niet meer dan een gevoel. Maar toch.

Bij autowassen denk ik dan aan de zaterdagmiddag en aan de man des huizes die zich op de oprit naar de garage uitleeft met veel water, sop en andere schoonmaakmiddelen. Toen ik voor deze post even Google-de op afbeeldingen met als zoekterm "autowassen oprit garage" vond ik verrassend genoeg bovengemiddeld veel foto's van veelal schaarsgeklede dames die uitbundig auto's aan het wassen waren. Dat geeft wel aan dat autowassen, en wellicht dus ook velomobielwassen, echt een mannending is.

Bij mij in de straat zie ik haast nooit iemand meer z'n auto wassen. Ik vermoed dan ook dat je daar tegenwoordig standaard voor naar de autowasserette gaat. 

Nu heb ik wel een garage maar geen oprit waar plaats is voor washbabes, ik zal het zelf op moeten lossen. Met de Strada door de autowasserette lijkt me geen goed idee. En tenzij het aantal velomobielen in Nederland explosief gaat groeien is onderstaande situatie nog pure fantasie.


Voorlopig blijft Strada 94 dus gewoon vies geel, maar dat is eigenlijk ook wel mooi. Of niet?



vrijdag 6 april 2012

Veel lichtgevende hempjes...

Je hoort er mij niet vaak over, de schrik en ergernis en wat nog meer, van (veel) velomobielrijders: groepen zwalkende scholieren die je pad kruisen, of nog erger, ergens voor je uit rijden. Je weet dat je ze over luttele minuten gaat inhalen. Je belt alvast met je mega-dingdong een keer of wat. Helaas, ze hebben allemaal muziek in hun oren of zijn te druk met hun rondgierende hormonen of hun telefoon, of alles tegelijk.  Ok, dan maar de claxon. En dan moet je er nog langs. Het zal velen bekend voorkomen, maar mij eigenlijk niet (zo vaak).

Ten eerste vertrek ik  's ochtends om 06.00 uur en dan liggen ze allemaal nog als lieve kindertjes in hun bedjes te dromen. En als ik weer huiswaarts ga kom ik pas tegen 17.00 in een scholieren-risico-zone. Ja ik heb het wel getroffen. Tot afgelopen donderdag.

Ergens in die potentiële scholieren-risco-zone ontwaarde ik ver voor mij uit een hele verzameling fel gele vlekken. "Hé..", dacht ik, "Wegwerkers! Zou de gemeente Apeldoorn nu toch iets meer aan het fietspad gaan doen dan kosmetisch één gat dichten?".

Mijn aandacht werd echter gelijk weer afgeleid, Voor mij reed een mij bekende racefietsende forens. Deze in het zwart gehulde bukker tref ik wel vaker en hij rijdt echt flink door, altijd ruim boven de 30 per uur. Terwijl ik mijn voornemen om hem maar weer eens in te halen aan het uitvoeren was, merkte ik dat z'n tempo ineens inzakte. En toen zag ik het ook.

Nee, het was natuurlijk niét de Gemeente Apeldoorn die aan het werk was, Apeldoorn is vanwege domme bestuurders die zich rijkrekenden met grondspeculaties nu zo goed als failliet. Niks nieuw fietspad dus. Het waren dus scholieren. En veel ook.

Ze droegen stuk voor stuk zo'n lichtgevend hempje, wat er op wees dat de fietstocht in georganiseerd en begeleid verband verliep. Het waren er misschien wel dertig en het zag er net zo uit als een groep wild ronddobberende gele badeendjes op het naastgelegen kanaal. Wel veilig natuurlijk, die lichtgevende hempjes.

Ik miste eigenlijk nog de lichtgevende helmpjes met waarschuwend zwaailichtje erop. Blijkbaar voelen scholen zich verplicht (of zijn verplicht) dit soort 'angst-kleding' aan te schaffen voor hun leerlingen. Je geeft hiermee een signaal af dat fietsen gevaarlijk is, en dat is het dus in Nederland beslist niet. Het uiteindelijke resultaat van deze manier van denken is dat die scholieren in de toekomst uitsluitend nog in een door het Ministerie van Onderwijs goedgekeurde kindveilige bus ergens naar toe mogen.

Tegen de tijd dat ik de achterste badeendjes bereikte en even kort toeterde bleek de hele groep net linksaf te moeten. Dat viel dus weer mee. De man op de racefiets had pech, die moest ook linksaf.