Een in nevelen gehulde omweg (Oliebollentocht 2016)
Door mijn deelname aan de 21ste Oliebollentocht ben ik tot de ontdekking gekomen dat bijna de hele velomobielwereld op de één of andere manier te weten is gekomen dat ik sinds een tijdje met pensioen ben ;-). Maar daar leek het woensdagmorgen beslist niet op. De wekker stond gewoon op half zes. Ik had gelijk weer dat vertrouwde 'en nu naar het werk fietsen' gevoel. Ik zou wat later zelfs langs het waterschapskantoor komen, zij het met een enorme omweg.
Die omweg begon met het ophalen van dorpsgenoot Lorenz. Waarna de reis verder ging naar het LOL-meetingpoint bij de Oude IJsselbrug te Zutphen. Daar sloten wij aan bij Nico, Wim R. en Casper. Al bij het uitrijden van Zutphen merkte ik dat de mist bijzonder hardnekkig en ijzig koud was."Ach dat gaat wel over", dacht ik, "straks breekt de zon wel door..." Toen kwam Deventer in beeld. Bij de spoorbrug kwam Arjen erbij; we waren compleet. Lorenz gaf een rondje oliebollen en we gingen nu echt op pad.
Kwart over tien was het al toen we, uiteindelijk toch wat laat ;-), de Koperweg inreden. Die bleek geheel geblokkeerd te zijn door een werkelijk enorme hoeveelheid velomobielen. Er moeten daar dus 209 van die banaanfietsen gestaan hebben. Want zoveel zijn er geteld. Een heus wereldrecord!
Hé hallo, jullie gaan toch niet al weg? Kan ik nog even koffiedrinken?
Nee Paul, dit zijn echt de allerlaatsten! Je moet nu weg!
Leuk dacht ik nog, terwijl ik me naar binnen spoedde om wat levensreddend warm zwart vocht te scoren. Met een diepe zucht ging ik op een van de houten bankjes zitten en nam een slok. Ik had nog maar net één slok genomen of buiten hoorde ik al iemand roepen: "de laatsten moeten nu écht weg hoor...!" Ik rende weer naar buiten, sprong in mijn Strada en kon nog net aansluiten bij de staart van de tocht. Dat was een mooi gezicht: hoe we wel vier-breed over de weg, het fietspad negerend, naar de rand van Dronten fietsten. En al die auto's er een beetje hulpeloos tussen ;-).
We waren nog maar net op een beetje op gang toen ik piepjes in het vooronder van de fiets hoorde. De notabene in Dronten nog vervangen, en thuis geheel opgeladen, batterijtjes van mijn Oregon 600 waren door de kou spontaan geïmplodeerd. Met het herbedraden van de hele navigatie raakte ik nog verder achter.
Bij de Roggebotluis, waar korte en lange route zich scheidden, kon ik gelukkig weer aansluiten. Het was een machtig gezicht die enorme rij velomobielen. Alhoewel ik door de mist de voorkant van de rij niet kon zien. Als korte routerijder was het verder simpel: rechtdoor en het water vooral links houden. Dan kwam je bijna vanzelf bij Flevonice.
Oh die eindeloze uitzichten in de polder!
De lange rij voor de korte route bij de Roggebotsluis.
De man met het bordje. Kort rechtsaf, lang linksaf.
Er reden acht QV's mee. Da's meer dan 50% van alle afgeleverde QV's hoorde ik.
Net voor Flevonice - een eindeloze rij
Net voor Flevonice - een eindeloze rij
Bij het oprijden van het Flevonice terrein werden we nog op een fraai stukje variété getrakteerd. Daniel Fenn reed met zijn prototype DF4 dwars door de berm ("Kuck mal wie einfach das geht!") en liet zich daarbij voortslepen door een piepklein hondje ("Sogar ein Jack Russel kann mit der DF4 30 pro Stunde fahren!"). De hele Oliebollentocht werd dan ook georganiseerd door dat andere bekende velomobielmerk uit Dronten ;-).
'Flevonice buiten
Flevonice binnen
Ik heb m'n fiets maar bij een paar snelle modellen in de buurt gezet. Wellicht dat ie daar nog wat van leert
Binnen was het warm en was er een heel uur lang de gelegenheid om nu echt bij te komen én diverse collega-bloggers en -fietsers te spreken. Daar was ik wel aan toe na 120 kilometers. De korte route terug naar Dronten werd de allerkortste route terug naar Dronten. Niet moeilijk doen gewoon de grote weg blijven volgen. Kwart over twee kon ik aansluiten bij de heren en dames die zich buiten bij een goed brandende vuurkorf stonden te warmen.
Het grote voordeel van vroeg arriveren was dat er tijd genoeg was om gezellig verder te kletsen en te recupereren voor de lange koude en donkere reis terug. Het nadeel was wel dat het wachten op de soepkar was langer duurde. De soep smaakte er niet minder om.
'Intercitybike' bood een uitgebreid voorzieningenpakket aan. Aan elk detail was gedacht. Hartelijk dank daarvoor!
De heren van de vuurkorf
LOL'ler Nico zoekt altijd het beste plekje voor zijn fiets
Hoera de soepkar
Het typische gebak dat naar deze tocht genoemd is
Hoera de soep!
Met z'n zevenen vertrokken we om half vijf in het laatste licht. Doorploeteren was het, weer dwars de Veluwe over. Dwars door de bossen, waar de duisternis donkerder is dan in de rest van het land. Bij Vaassen, we stonden bij dat wereldberoemde Apeldoorns Kanaal, verdween de rest in de nevels richting Deventer en Zutphen.
Wat als een werkdag was begonnen eindigde nu ook weer zo. Met een omweg van uiteindelijk slechts 181 kilometer passeerden Lorenz en ik het waterschapskantoor. Daarna waren het nog maar een schamele 30 kilometers naar Dieren. Vlak voor Dieren werd de mist ondoordringbaar. Voor de 37ste keer die dag zette ik mijn bril weer af. Tweehonderd-en-elf kilometers stonden er uiteindelijk op de teller en het was mooi geweest, heel mooi!
Volgend jaar fiets ik beslist weer mee met de 22ste editie van de velomobieltocht der tochten. Waar die dan wordt verreden is nog onbekend; dat is nog in nevelen gehuld. Wie weet wordt het weer zo'n woonwerkritje met een omweg?
Het was gezellig.
BeantwoordenVerwijderenLeuk dat jij ook van dit soort gelegenheden gebruik maakt om flink wat af te kletsen.
Mooi verslag Paul! En of dat nog niet genoeg is, er komt nog meer! Je verwent ons maar..........Best lekker!
BeantwoordenVerwijderenGroeten, Adri.
Prachtig verhaal en mooie foto's Paul. Dankjewel!
BeantwoordenVerwijderen